Leven
Edward Bach wordt op 24 september 1886 in de buurt van Birmingham in Engeland geboren. Als scholier is hij al geïnteresseerd in geneeskunde en de natuur en hij valt op door zijn fijngevoelige en observerende karakter.
Op 17-jarige leeftijd begint hij in de gieterij van zijn vader te helpen. Daar stuit hij op de sociale kwesties van die tijd, de werkomstandigheden en de sociaal-medische thema’s. Hij zou zich toen al hebben beziggehouden met de vraag of chronische lichamelijke ziekten een psychische oorzaak hebben.
Op 20-jarige leeftijd begint Bach aan zijn studie geneeskunde en hij doet in 1913 examen aan het University College Hospital in Londen. In 1914 ontvangt hij zijn officiële toelating. Tijdens de studie wordt duidelijk dat een bepaald medicijn bij verschillende patiënten met dezelfde symptomen niet altijd dezelfde gewenste werking heeft. De psychische oorzaken in samenhang met de persoonlijkheid houden hem nog meer bezig. Bach blijft aan het University College Hospital verbonden. Eerst bij de spoedeisende hulp, daarna als assistent op de afdeling bacteriologie en immunologie. Daar begint hij zich bezig te houden met bacteriestammen. Het lukt Bach om zeven bacteriestammen als vaccin te ontwikkelen, waardoor hij als wetenschapper bekend wordt.
In 1917 wordt er een kwaadaardige tumor in de milt bij Bach vastgesteld en hij stort volledig in. Er wordt voorspeld dat hij nog drie maanden te leven zal hebben. Maar Bach overwint de ziekte. Hij is ervan overtuigd dat hij dat te danken heeft aan zijn vastberadenheid. Er is nog veel te doen.
1918 t/m 1922: Bach werkt in het London Homoeopathic Hospital verder aan de vaccins en ontwikkelt homeopathische nosoden. Hij wijst aan elke nosode gemoedssymptomen toe van de patiënten die hij heeft geobserveerd. Aan de hand daarvan legt hij zeven zogenaamde persoonlijkheidstypes van zijn patiënten vast.

Bach opent in 1920 een huisartsenpraktijk in de Harley Street in Londen.
Op dat moment zou hij geworsteld hebben met het feit dat de geneeskunde vooral was gericht op het behandelen van functionele klachten en niet op het behandelen van de mens als geheel.
Ondanks het succes van zijn praktijk en zijn behandelingen besluit Bach dat hij verder onderzoek wil verrichten. Hij weet dat hij met de Bach-nosoden niet alle chronische ziekten kan genezen en wil geneeswijzen vinden die niet uit ziekteverwekkende substanties worden gemaakt. In 1930 geeft Edward Bach zijn succesvolle praktijk in Londen op om in een rustige, landelijke omgeving meer onderzoek naar natuurlijke geneeswijzen te verrichten.

In de natuur zoekt hij naar een vervanging voor de nosoden. In de loop van de tijd ontdekt hij de ondertussen wereldberoemde bachbloesems. Uitgaande van zijn 7 persoonlijkheidsgroepen ontwikkelt hij 38 gemoedstoestanden waarvan de negatieve zijde telkens in één bloesem wordt weerspiegeld. Het innemen van de geschikte bloesemessence moet leiden tot de harmonisering op mentaal niveau en vervolgens effect hebben op de fysieke symptomen.
Bach publiceert het werk ‘Heal Thyself’, in het Nederlands vertaald met de titel ‘Bevrijd uzelf’. In 1936 beschouwt Bach zijn bloesemtherapie als voltooid en maakt hij zijn ontdekkingen tijdens lezingen bekend bij breder publiek.
In hetzelfde jaar overlijdt Dr. Edward Bach in Sotwell aan hartfalen. Hij is pas 50 jaar, maar laat toch een unieke schat aan ervaring en een geneeskundig systeem na dat over de hele wereld wordt toegepast. Zijn nalatenschap wordt voortgezet door zijn vrienden en collega’s, Nora Weeks en Victor Bullen, met het Bach Centre in Engeland als resultaat. Van daaruit wordt de leer geheel in de zin van Dr. Bach doorgegeven aan de wereld.